maandag 19 oktober 2020

Plantaardig verven met boerenwormkruid #13

 



Tijdens een wandeling lag de versgemaaide boerenwormkruid voor het oprapen. De koppen eraf gehaald en zachtjes (niet laten koken) uurtje geprutteld. 


Het water kleurt na een half uurtje geel. De wol voorgebeitst met aluin, en vervolgens in het verfbad laten zakken. Na een uurtje is de wol diep gekleurd! Ik had er twee strengen in gedaan dus 1 streng eruit gehaald en in een apart emmertje af laten koelen.


In het verfbad met de tweede streng een halve theelepel gemalen cochenille, de pan wordt direct flink rood:


Het eindresultaat, twee prachtige natuurtinten:


Plantaardig verven met galappels, ijzer en cochenille #12

 Ja nu de galappels in huis zijn, moest ik er nog wat verder mee experimenteren.


Wol voorgeweekt in de galappelthee van gisteren. Meekrap bad gemaakt. Wol even laten pruttelen in het verfbad. Na een half uurtje eruit een scheut ijzerwater (flesje water met een theelepel ijzersulfaat) erbij gedaan. Ging heel snel, werd grijsrood. Wat een vondst maar het ging me iets te snel. Verfbad met ijzer maar in een aparte fles gedaan voor volgende rondes. 


Volgende ronde, proces herhaald, maar dan met een Cochenille verfbad. Deze eruit gehaald voordat ik het ijzerwater toevoegde, dan redde ik de cochenille nog als het te snel zou gaan. In een apart potje voorzicht wat ijzerwater van het vorige bad toegevoegd. Sloeg heel snel om in paars maar in elk geval niet weer grijs. Je hebt dus maar weinig nodig voor een kleur verandering! Daarna nog een ronde twee en drie met dezelf procesgang, levert drie tinten mooi paars op!


In het restbad cochenille nog maar eens de meekrap wortel gehangen, kwam een donkere zalmrode kleur uit. Ik wilde eigenlijk graag wat feller, dus een theelepel wijnsteenzuur erbij, hup oranje. Het is vandaag de dag van de grote omslagen!








maandag 5 oktober 2020

Plantaardig verven met galappels (knoppergal) en ijzer #11


 Vanuit het bladprinten wist ik nog dat galappels door hun hoge tannine gehalte konden helpen het printproces te bevorderen in combinatie met ijzer. En nu vond ik vlakbij een handvol knoppergallen op de grond onder eikenbomen.


 Het gaat dus niet om die eikel maar om het 'gezwel' wat er op zit. Heel bijzondere vormen maar het is niet van de boom zelf. Het is gemaakt door een galwesp als kraamkamer voor hun larven. 

Thee van gekookt, wol bij gedaan. Na een uurtje was het mooi geelbruin.


Ik had drie strengetjes geverfd dus ik kon door met de ijzervarianten. Ik heb twee soeplepels gallenthee apart in een emmertje gedaan, eentje voegde ik mijn jampotje roestwater aan toe (oude spijkers, azijn en water 50/50) en de andere kreeg een halve theelepel ijzersulfaat. Vrijwel direct begon het bruin om te slaan naar wat grijzig bruin,


Maar de grootste slag werd gemaakt toen ik de wol na 20 minuutjes uit het emmertje haalde en twee uur, nat en zonder spoelen liet liggen. Af en toe even optillen zodat de zuurstof overal komt. Het oxideren van de wol, maakte de kleur definitief diepgrijs. 


Het eindresultaat, drie tinten grijs bruin, nu ga ik eens kijken wat er gebeurt als ik het als voorbeits gebruik bij Cochenille en Meekrap!




zaterdag 3 oktober 2020

Plantaardig verven met cochenille #10

 

Van Joke Blokland (Studio Roots) begreep ik dat ze wel eens met bessen voorbeitst omdat deze heel zuur zijn. Wat een idee, gewoon een natuurlijk beitsmiddel. Ik heb twee soorten geprobeerd, de bessen van de kardinaalsmuts en van de gelderse roos. Bessen aan de kook brengen, tijdje pruttelen, wol erbij, uurtje laten staan, dan 48 uur laten afkoelen in het water. 



Ook vond ik acaciabladeren in het bos, daar kun je goed mee ecoprinten dus er zal wel tanine in zitten en dat leek me ook een aardig beitsmiddel. In een ander potje dus bladeren aan de kook en wolletje erbij in.

Er kwam bij alle drie een vaag soort gele kleur vanaf, niks bijzonders. Dus verder met de volgende verfpot, ik had nog cochenille in huis. Fijngestampt in een vijzel en met koken water soort van opgelost. (Lukt nooit helemaal dus proberen zo fijn mogelijk te stampen).

In een schoon potje met schone wol de pure cochenille gedaan (rechts). Het potje links bevat de wol gebeitst met acacia blad, deze wordt direct paars in het potje, is dat nou niet grappig?


Dan verder met de bessengebeitste wol, hier zie je drie strengen, twee met bessen gebeitst en een schone, in aanvang lijkt het verschil groot:


Maar omdat ik de bessengebeitste wol niet schoon gespoeld had, werd het hele verfbad al gauw donkerpaars. Heel verrassend, en dat sloeg natuurlijk ook terug op de 'schone wol'.


Uiteindelijk kreeg ik geen donkerpaarse uit de pot maar een donkerroze in verschillende tinten, wel heel leuk om in één bad drie tinten te verven, dat ga ik vaker doen!


Van links naar rechts: 

1. gebeitst met gelderse roos
2. gebeitst met kardinaalsmuts
3 schone wol
4. tweede bad schone wol.
5 en 6 (knotjes) pure cochenille kleur, eerste en tweede bad zoals ik al eens eerder verfde.